Als je zin hebt in een romig-zoet zacht stukje heerlijkheid die je een beetje knuffelt als je hem in je mond stopt, op een regenachtige namiddag. Of in een feestelijk vol smakende taart om te vieren dat je vandaag niet jarig bent.. Maar geen zin hebt om er volledig bewust van te zijn dat je bij elke hap bijdraagt de toename van jouw persoonlijke kans op dichtslibbende aderen en/of supersuiker hyper…
Dan kan je deze taart bakken. Ik zeg niet dat deze taart geen vet bevat. Of niet zoet is. Want dat is ‘ie wel. Maar voor hoe romig hij smaakt, zou je niet zeggen dat er in de vulling geen pakje boter is verwerkt.
Het is een carobtaart. Dus als je zin hebt in chocoladetaart, zou je van een koude kermis thuis kunnen komen. Mocht je echter zit hebben in een carobtaart -omdat je al dondersgoed weet hoe lekker carob is, of omdat je er nog nooit van gehoord hebt en je je vandaag de Vasco da Gama (die Portugese ontdekkingsreiziger) van smaken voelt- is dit recept je beste vriend.
Ingrediënten
Voor de bodem:
- 200 gram meel
- 100 gram margarine/boter
- 50 gram oerzoet
- 3 eetlepels cacaonibs
- Snufje zout
OF (voor de gemakzuchtige bakker):
- 200 gram chocoladekoekjes, fijn verkruimeld
- 2-3 eetlepels margarine, gesmolten
Voor de vulling:
- 2 stukjes pure chocola (vanaf 70%)
- 500 ml sojamelk
- 150 dadels, geweekt en tot moes gemaakt met een blender
- 4 eetlepels carobpoeder
- 2 eetlepels arrowroot poeder/maismeel
- 2 eieren
Topping:
- 100 gram amandelschaafsel
Bereiding
Verwarm je over voor op 175 graden.
Maak eerst de bodem van de taart. Als je je vandaag een gemakzuchtige bakker voelt, meng de verkruimelde chocolade koekjes dan met 2 tot 3 eetlepels gesmolten boter of margarine. Stort deze in een met bakpapier bekleedde springvorm. Druk aan.
Mocht je een iets ambitieuzere bakker zijn, dan kan je de bodem helemaal zelf maken. Meng de bloem met het oerzoet, zout en cacaonibs. Smelt dan de margarine (of boter) in een pannetje en meng het droge mengsel erdoor. Ze zult merken dat het geheel een beetje zanderig blijft en niet echt een deegbal wil worden. Dat is precies goed. Stort het in een met bakpapier bekleedde springvorm. Druk aan. Bak 10 minuten in de oven.
Dan begin je met de vulling. Verhit 350 ml sojamelk met de twee stukjes chocola in een pannetje. Zorg dat het pannetje iets groter is, want later zullen alle ingrediënten van de vulling er in moeten passen. Als de chocola gesmolten is, zet je het vuur af en het pannetje opzij.
In een andere kom meng je de dadelmoes met 200 ml koude sojamelk (voor de dadelmoes: 150 gram ontpitte dadels een nachtje laten weken in wat water, de boel de volgende dag afgieten en met een blender tot moes maken) (als je deze stap per ongeluk vergeten was en je nu al met een schort om en een aanrecht vol blenders, mixers, pakken sojamelk en potten carobpoeder staat, probeer de niet-geweekte dadels dan zo klein mogelijk te krijgen, met mes of blender). Meng door het dadel-soja mengsel ook de carobpoeder en arrowroot (of maismeel).
Meng dit alles vervolgens door de warme soja-chocolade-melk in het pannetje.
Kluts 2 eieren in de kom waar zojuist nog het dadelmengsel in zat. Doe dan een eetlepel van het warme mengsel uit het pannetje bij de eieren. Kluts tot het mengsel is opgenomen in de eieren. Voeg dan nog een eetlepel van het warme dadelmengsel toe aan de eieren. Klust weer. Herhaal dit nog twee keer, zodat je in totaal 4 eetlepels aan de eieren hebt toegevoegd. Dit doe je om de eieren te temperen. Anders eindig je de volgende stap met een carob-roerei.
Voeg de eieren toe aan het carobmengsel in het pannetje. Breng aan de kook terwijl je blijft roeren, liefst met een garde. Als het kookt, laat je het een krappe 2 minuten doorkoken. Ook dan blijf je steeds roeren.
Daarna zet je het vuur uit en schep je het lobbige carobmengsel op de koekbodem in de springvorm. Verdeel het mengsel zodat je overal een gelijke laag hebt. Bestrooi dan met het amandelschaafsel. Druk eventueel de amandel een beetje aan, zodat het er niet afvalt bij het serveren.
Bak de taart 15 tot 20 minuten op 175 graden. Kijk of je je oven op onder en bovenwarmte kunt zetten, zodat het amandelschaafsel een beetje kan bruinen. Let er natuurlijk wel op dat het niet verbrand.
Laat de taart helemaal afkoelen voordat je hem met een mesje losmaakt van de rand en de springvorm opent. Je kunt de taart in kleine punten snijden, of in blokjes/reepjes zoals een brownie.