Op bovenstaand plaatje, zie je ijs. Bananen ijs. Ik weet niet of je mee had gekregen dat ik tot voor kort in de plechtige veronderstelling leefde dat ik nooit of te nimmer ijs zou maken? Dit in verband met het idee dat bij ijs maken te veel gedoe komt kijken.
Het tegendeel werd bewezen: ijs maken kon heel simpel zijn. Oke. 1-0 voor ijs maken. Ik ging verder met mijn leven. Blij met wat ik veronderstelde wat de ultieme ijs shortcut was. Niets aan het handje.
Tot ik hoorde dat het nog simpeler kon. En ik wilde het geloven, echt, maar ik kon het bijna niet.
Je moet weten dat mijn eerste ijsshortcut zulk romig ijzig ijs opleverde, met zo weinig moeite, dat ik me het idee dat het nog makkelijker kon, en dan ook nog gezonder, niet echt kon voorstellen. ‘Dat zal vast bevroren zijn, zoals ijs, maar meer lijken op een waterig ijsklontje dan echt romig roomijs’ dacht ik.
Maar nu bleek het recept zo godsgruwelijk simpel te zijn. Dat ik er niet onder uit kon het te proberen. Dit was het recept: doe een rijpe banaan in de vriezer. Doe hem dan in je keukenmachine.
Et voila: zoet bananenijs met roomzachte structuur, waarvan je tong signalen naar de hersenen zendt van ‘huh..ik dacht dat..maar..wat is..hoe kan dit zo lekker zijn?’
Bingo! Foto gemaakt en op de website. Want dit moest de wereld weten. Dat stond vast. En omdat het recept voor bananenijs zo simpel, gezond en lekker was, toch ook maar zes rijpe bananen in het vriesvak gegooid.
De dagen verstreken en vooral tijdens de avonduren op de bank met een film, kreeg ik de specifieke behoefte naar bananenijs. Meer bananenijs. Want als het maken zo makkelijk is, en het resultaat zo lekker, kun je gewoon niet anders. En natuurlijk ben je dan geneigd om niet alleen die banaan in je keukenmachine te mieteren. Waarom niet wat amandelen, een schep pindakaas of een lepeltje honing?
Toen begon de lol pas echt.
En zo zou ik graag willen eindigen. Met het dringende advies om nu, ja nu, één of twee rijpe bananen in je vriezer te flikkeren, je potten notenpasta, zuidvruchten en smaakmakers alvast klaar te zetten, en het grote bananenijs experiment te beginnen.
Ingrediënten
- Rijpe (!) bevroren bananen, in plakjes
Bereiding
Gebruik echt rijpe bananen met veel bruine vlekjes, voor zoet zacht ijs.
Snij de banaan alvast in plakjes voordat je deze invriest. Als de plakjes bevroren zijn (na een paar uur) doe je ze in de keukenmachine. Als je een variant maakt die hieronder beschreven is, of een eigen variant maakt, doe dan alle ingrediënten gelijk bij de plakjes in de keukenmachine. Doe het niet in een later stadium omdat het dan moeilijker is voor je keukenmachine om de pasta er doorheen te werken.
Met de pulseer knop, maal je de banaan tot kleine stukjes. Op een gegeven moment zal de boel een beetje vastlopen. Dan is het zaak om met een houten lepel alles een beetje aan te duwen en roeren om de machine zijn werk te kunnen laten doen. Ook zul je zien dat als je roert, je al een redelijk ijzige consistentie hebt. Als je echt romig zacht ijs wil, laat je het mengsel een beetje ontdooien in de keukenmachine om hem na een paar minuten weer aan te zetten. Je moet het ijs dan wel gelijk serveren.
Je kunt het ijs weer in de vriezer doen, maar voordat je het eet is het altijd lekker om ‘m weer even door de keukenmachine te gooien.
Hieronder lees je enkele andere varianten die het proberen waard zijn:
Pindakaas-honing-kaneel variant:
2 rijpe bevroren bananen, in plakjes
1 flinke eetlepel pindakaas
1 theelepel honing
1 theelepel kaneel
Amandel-tonka variant:
2 rijpe bevroren bananen, in plakjes
1 eetlepel mandel-tonka pasta van Rapunzel (staat bij de notenpasta in de winkel)
Tahin-dadel variant:
2 rijpe bevroren bananen, in plakjes
1 eetlepel tahin
2 medjool dadels, in stukjes
Aardbei variant:
1 rijpe bevroren banaan, in plakjes
Handje bevroren aardbeien