Dit heb je nodig:
- 2 sjalotjes
- 2 grote pastinaken
- 400 gram gekookte cannellinibonen
- 1 takje verse rozemarijn
- 1/2 rood pepertje
- 1 laurierblad
- 1 liter groentebouillon
- Olijfolie
- Garnering:
- 1 pastinaak
- Olijfolie
- Zout
Zo maak je het:
Snipper de sjalotten en snij het pepertje in fijne ringetjes. Kies zelf of je er de zaadjes wel of niet uithaalt: met zaadjes is veel pittiger. Doe een scheutje olijfolie in de soeppan en fruit hier de sjalotten en het pepertje in. Zorg dat de sjalot zacht/glazig wordt maar niet bruin. Was ondertussen de pastinaken en snij deze in plakjes. Doe ze bij de sjalotten. Fruit ze samen nog 1 minuutje. Voeg dan de uitgelekte cannellinibonen, het laurierblad en het takje rozemarijn toe. Giet hier de bouillon op en breng aan de kook. Zet het vuur dan laag en laat 15 minuten zachtjes koken. Haal daarna het laurierblad en het het rozemarijntakje er uit en maak de soep dan glad met een staafmixer.
Om de krokante pastinaak garnering te maken zet je de oven op 200ºC. Was de pastinaak en snij deze flinterdun in de lengte. Leg de dunne plakjes op een bakplaat bekleed met bakpapier. Druppel een beetje olie over de plakjes en strooi er wat zout op. Bak de plakjes 5-10 minuten tot ze goudbruin en knapperig zijn.